Marthijn Keijzer stuurde mij een mailtje (ik had zijn verhaal nagekeken, feiten gecheckt en voor zover mogelijk feiten en links toegevoegd) met de vraag of ik de namen van Rob de Raad en Henry Stober weg zou kunnen laten. Die had ik namelijk al wel toegevoegd. Keijzer vond dat dit niets toevoegt aan het verhaal en vond het ook onnodig kwetsend.
Zoals u kan lezen staan de namen van de beide heren toch in het artikel. Ik heb daarvoor drie redenen, die ik citeer uit mijn e-mail naar Keijzer.
1. Iedereen kan die namen toch zo opzoeken? […]Zij zijn … al lang niet meer anoniem omdat zij zichzelf publiek hebben gemaakt.
Binnen de journalistiek is de notie van ‘publieke figuren’ belangrijk. In artikel 2.4.2 van de Leidraad van de Raad van de Journalistiek staat bijvoorbeeld: “Voor mensen met publieke c.q. min of meer openbare functies en voor bekende Nederlanders is een zekere mate van blootstelling aan ongewilde publiciteit onvermijdelijk. […]” Ik ben van mening dat Rob de Raad door het optreden als gastheer bij dit min of meer openbare gebeuren zichzelf een publiek figuur gemaakt heeft. Dat geldt vanzelfsprekend nog meer voor filmmaker Henry Stober.
2. Daarnaast is de informatie relevant omdat dit laat zien uit welke hoek de film vandaan komt, namelijk die van de zevendedagadventisten. Dat is belangrijk voor de lezers, zo kunnen zij zich beter een oordeel vormen over het belang van het artikel en de film voor hen.
Vanzelfsprekend is dit een kwestie van wegen. Is de theologische hoek van belang voor het oordeel over de film? Ja, ben ik van mening. Het is belangrijk om te weten dat deze film geen algemeen christelijke opvatting weerspiegelt, maar propaganda bevat voor een hele specifieke geloofsrichting. Overigens, laat duidelijk zijn dat Marthijn Keijzer woorden als propaganda, met een negatieve klank, niet gebruikt, deze woorden neem ik zelf voor mijn rekening.
3. Ook zie ik geen reden om de naam van Walter Veith, een publiek figuur, wel te noemen, en de namen van De Raad en Stober, eveneens publieke figuren niet. Hoge bomen vangen veel wind en met dit artikel wordt niet hun privéleven becommentarieert, maar hun publieke performance. Ik kan voor mezelf op geen enkele wijze verantwoorden om de namen niet te noemen.
Punt drie lijkt me duidelijk.
Marthijn Keijzer ging akkoord met de namen, als ik deze maar als redactie toevoegde, niet onder zijn eigen naam.
Alle columns over de journalistieke verantwoording.