Categorieën
Politiek en Geloof

Staat, leg in vredesnaam geen ontplooiing op

spaanse voetbalfans, voetbal, ek 2012, winst, feest, nationale identiteit
Spaanse voetbalfans na de derde Spaanse overwinning op een eindtoernooi op rij

Individualisme als ideaal. Voor Evert te Winkel is dit één van de meest wereldvreemde ideeën die hij kent. Zijn geloof in een individualistische heilstaat is flinterdun. Te dun om Tofik Dibi of Martijn van Dam te geloven.

De laatste wedstrijd van het Europees Kampioenschap voetbal werd zondagavond door Spanje gewonnen. Voor wie het gemist heeft: Veel Spanjaarden, uitgedost in de nationale kleuren geel en rood, vierden na afloop uitbundig feest. Het Nederlands elftal werd dit EK al na drie verloren wedstrijden naar huis gestuurd. ‘We’, zeggen veel mensen, ‘hebben ondermaats gepresteerd’. Logisch toch, dat de Nederlanders ontevreden zijn over de prestaties van ‘hun’ voetbalelftal?

Individuele waarden worden in Nederland vaak op een voetstuk geheven. Vooral vrijheden als vrijheid van meningsuiting worden vaak als individueel recht gezien. Maar ook uitspraken als ‘ik mag toch doen waar ik zin in heb?’ duiden op een individualistische kijk op de samenleving. In veel opzichten is dit individualisme begrijpelijk. We gaan met onze eigen auto naar onze eigen baan, die we zelf gekozen hebben, waar we een beroep uitoefenen dat we zelf gekozen hebben. We kozen zelf onze school. Na werktijd drinken we een biertje met de vrienden die wij zelf gekozen hebben of liggen wij in de armen van de geliefde die wij zelf gekozen hebben. Onze individuele keuzevrijheid is nog nooit zo groot geweest. En nog nooit was het gebruik maken van deze individuele keuzevrijheid zo geaccepteerd als nu.

Individueel?
Juist doordat deze keuzevrijheid nu zo groot en geaccepteerd is, zijn de gevallen waarin die keuzevrijheid er niet is zo prominent aanwezig. Interessant hiervoor is een verhaal in Trouw Letter&Geest van Nicole Lucas over de tennisser Novak Djokovic, bij wiens geweldige tennisprestaties zijn Servische identiteit altijd pregnant aanwezig is (hier een eerder verhaal van vergelijkbare strekking in dezelfde krant). Denk verder aan de Nederlanders in de VS, Canada en Australië die na de Tweede Wereldoorlog emigreerden en voor hun gevoel altijd Nederlander bleven. Denk aan de Marokkanen en Turken in Nederland, eerste, tweede en zelfs derde generatie, die nog altijd als Marokkanen en Turken worden gezien. Denk ook aan de collectieve schaamte van het Nederlandse volk bij de wanprestatie van het Nederlands elftal. Identiteit is uiteindelijk niet in de eerste plaats individueel. Er zijn collectieven die het individu overstijgen.

Niet voor Tofik Dibi van GroenLinks, zei hij maandag in Metro: “Het is bizar en prehistorisch dat groepen beschermd moeten worden. Individuen, die moeten beschermd worden.” Het lijkt me dat Tofik Dibi niet begrijpt dat als groepen niet beschermd worden, de individuen binnen die groepen ook niet de noodzakelijke bescherming krijgen. Hij maakt het gelukkig niet zo bont en noemt godsdienstvrijheid terecht als iets waar hij voor op wil komen. Daarmee wint Dibi met gemak van Martijn van Dam van de PvdA.

In de aanloop naar de lijsttrekkersverkiezing voor de PvdA, gewonnen door Diederik Samsom, publiceerde Martijn van Dam op zijn eigen website een artikel waarin hij een lans brak voor individualiteit door het ‘ontworstelen aan kerk en kapitaal’. Volgens Van Dam is de PvdA een seculiere partij en dus “horen vrijheid en individuele ontplooiing prioriteit te hebben.” Het wordt duidelijk dat Van Dam niet alleen denkt aan individuele ontplooiing, maar ook aan individuele vrijheid:

“Religie kan daar prima in passen als persoonlijke inspiratiebron. Maar als strenge religieuze voorschriften persoonlijke ontwikkeling verhinderen, horen wij aan de kant van het individu te staan. Soms wordt geloof immers meer dan een bron van hoop en troost. Dan wil de dominee of imam je opleggen hoe je je moet gedragen of kleden, wat je mag eten of drinken, wanneer je relaties aan mag gaan of welke beslissingen je mag nemen over je eigen leven en dood. Dat staat op gespannen voet met de vrijzinnige grondslag van de sociaaldemocratie.”

Ook zonder in te gaan op de sacrale waarden die Martijn van Dam zonder het zelf te weten verkondigt verbaasde deze opvatting over individualiteit mij. In zijn pleidooi voor individuele ontplooiing vergeet Van Dam dat niet de individuele waarden problematisch zijn, maar juist de collectieve. Door te eisen dat zijn partij, als individuele ontwikkeling in gedrang komt, tegen religie (dus collectieve waarden) kiest, behartigt hij niet de belangen van de leden van zijn partij en niet van het Nederlandse volk, al dan niet allochtoon.

Ontplooiing tot wat?
Het pleidooi van Van Dam voor zelfontplooiing leidt in de eerste plaats tot meer overheidsbemoeienis met opvattingen. Want zelfontplooiing tot wat? Ontwikkeling is prima, maar waar naartoe? Ontwikkeling veronderstelt een doelgerichtheid. En het is logisch dat een politieke partij een bepaald doel voor ogen staat. Op basis van dat ideaal maakt een politieke partij keuzes op het gebied van beleid. Maar het geeft geen pas voor de Staat, en evenmin voor politieke partijen, om de individuele ontplooiing voor te schrijven. Het ontplooien van vrouwen door middel van de boerka is voor Martijn van Dam, en in mindere mate ook voor Dibi, zowel onvoorstelbaar als onverteerbaar, maar daarmee niet minder aanwezig. De verwijzing van Martijn van Dam naar ‘overlappende consensus’ maakt de zwakte van zijn betoog alleen maar duidelijker.

Overlappende consensus kan niet worden opgelegd, maar ontstaat in gemeenschappen en generaties. Voor Martijn van Dam moet dit zijn de gemeenschap van de Nederlandse natiestaat en de generatie die nu van zijn leeftijd is: de dertigers en veertigers. Maar een overlappende consensus kan en mag niet door de overheid opgelegd worden. Het pleidooi voor individualisering leidt tot een versterking van de natiestaat en het collectivistische gedachtengoed van deze natiestaat.

In Nederland zijn ook verschillende andere collectivistische gemeenschappen. In tegenstelling tot de collectivistische natiestaat kunnen mensen wel zelf kiezen of zij onderdeel zijn van deze gemeenschappen. De meeste collectivistische gemeenschappen in de Nederlandse samenleving zijn kerkelijke genootschappen. Deze genootschappen hangen vaak (deels) samen met etniciteit en cultuur, zoals bij het jodendom en de islam.

Emancipatie
Handelingen, vaak in de vorm van rituelen, zoals bijvoorbeeld de rituele slacht en de sabbat zijn dus belangrijk in de emancipatie van deze groepen, zoals de zondagssluiting en het religieus onderwijs belangrijk waren (en zijn) in de emancipatie van de christenen, in het bijzonder de gereformeerden, in Nederland. Mochten de ideeën van met name Van Dam en Tofik Dibi in Nederland verwezenlijkt worden, dan betekent dat een enorme aderlating voor de ontplooiing van religieuze groepen in Nederland. Welk probleem zij hiermee oplossen? Enfin, dat vraag ik mij wel vaker af bij deze en andere neoliberale partijen in Nederland.

Het goede nieuws is dat Martijn van Dam de collectieve vrijheden niet bij wet wil inperken. Hij wil wel stevig de discussie aan hierover. Dat lijkt me goed en terecht. Ook collectieve vrijheden en waarden mogen ter discussie staan. Maar wat wil hij daarmee bereiken? Wil hij mensen ervan overtuigen dat zij zich individualistischer gaan gedragen?

Door Evert te Winkel

Initiatiefnemer van Vrijzinnig Evangelisch. Ooit een wat zurige bijna-ex-evangelische, inmiddels opbouwend-kritisch evangelisch. Probeert aardiger te zijn.