Categorieën
Kerk Politiek en Geloof

Vrijheid als verhuller

Vrijheid is hét actuele onderwerp in de Nederlandse politiek. Maar, betoogt Martijn van Leerdam, dit gebruik verhult meer dan het verheldert. Hij grijpt terug op Erasmus en Luther en waarschuwt voor de waan van de dag.

Martijn van Leerdam

Taal is onderhevig aan mode. Nergens is dat duidelijker dan in de landelijke politiek. Vrijheid is een term die het al lang volhoudt in de politieke arena. Al sinds de Verlichting duikt dit woordje erg vaak op. Helaas verhult het vaak meer dan dat het verheldert.

Bij de VVD en de PVV volgt op het woord vrijheid meestal het woordje ‘van’. Vrijheid van Europese inmenging in staatszaken is voor Wilders het centrale punt van zijn verkiezingsprogramma. De VVD profileert zich al jaren met het beeld van een kleine overheid die niet betuttelt – vrijheid van betutteling. Vrijheid van fileleed. Vrijheid van allerlei regels voor bedrijven. Vrijheid van een moraliserend kabinet. Vrijheid van is een negatieve vorm van vrijheid, die dient om je af te bakenen van anderen. Met ‘negatief’ bedoel ik dat je om het uit te leggen, altijd gebruik maakt van een ontkenning. Het is vrijheid als emancipatie, als losmaking bedoeld, waarbij de positieve inhoud meestal slechts een afgeleide daarvan is.

Ook in de christelijke traditie speelt de term vrijheid een belangrijke rol. Er is onder protestantse theologen nogal wat discussie over hoe vrij een mens kan zijn. Het klassieke debat over dit thema werd gevoerd door Luther en Erasmus. Luther staat in dit debat voor de menselijke afhankelijkheid. Je kunt, volgens Luther, niet je eigen weg bepalen. Alles hangt af van de genade van God. Het is niet moeilijk om je voor te stellen hoe de predestinatieleer hier later uit is voortgekomen. Erasmus, als echte humanist, dicht de mens een stuk meer vrijheid toe. Hij zet in bij gezond verstand en tolerantie, twee begrippen die voor de politiek erg belangrijk geworden zijn.

Waar de meeste theologen het wel over eens zijn, is dat echte vrijheid je niet zomaar tegemoet komt. Om vrij te worden moet je op pad. Vrijheid van geest ontwikkel je door je te verhouden tot het ultieme. Vrij ben je pas als je niet bang bent voor de dood en vertrouwt op God. De vrijheid die je krijgt door lekker door te rijden op de snelweg is natuurlijk mooi, maar levert weinig op. Vrij ben je pas als je je leven invult op een wijze die past bij je geloof en je identiteit. Vrij ben je pas als je je durft over te geven aan iets wat groter is dan jezelf, met je volle vertrouwen en je volle verstand.

Die hogere macht is vanzelfsprekend niet de overheid, maar ook niet de kerk. De kerk is een noodzakelijk, maar beperkt instituut. Als individu heb je echter persoonlijk te maken met God. Het ultieme is echter groter dan God alleen. Het omvat ook begrippen als de Waarheid, het Goede en het Schone – alles met een hoofdletter. Dat zijn de hogere machten waartoe je je hebt te verhouden. Pas als je je daartoe verhoudt, kun je echte vrijheid proeven.

De uitdaging is om vrijheid een positieve inhoud te geven: geen vrijheid van, maar vrijheid om. Dat je als individu een keuze hebt, ervaren we bijna allemaal. Dat die keuze beperkt en gedeeltelijk onvrij is, weten we ook. Het gaat echter om de vraag wat we ermee doen. Waar leef je voor?

Het antwoord van politici op zo’n ultieme vraag is nooit meer dan provisorisch – als men zich er al mee bezig houdt. Politiek is pragmatisch en zakelijk, ook als het gaat om grote verhalen. Vrijheid verhult in de politiek meestal slechts leegte. Vrijheid is een term geworden die de aandacht bepaalt bij burgerlijke ontevredenheid en onderbuikgevoelens. Daarom is het van groot belang om er doorheen te prikken. Waartoe zijn wij eigenlijk bedoeld?

Ik wil niet beweren dat theologen de waarheid in pacht hebben. In tegendeel. Een goede gelovige is zich ervan bewust dat hij lang niet alles weet. Ons kennen is beperkt. Het zou aanbevelingswaardig zijn voor sommige politici, om daar nog eens goed over na te denken – en niet teveel op te gaan in de waan van de dag.

Martijn van Leerdam is predikant in Maassluis. Tweet via @DsMartijn.

Door Evert te Winkel

Initiatiefnemer van Vrijzinnig Evangelisch. Ooit een wat zurige bijna-ex-evangelische, inmiddels opbouwend-kritisch evangelisch. Probeert aardiger te zijn.

14 reacties op “Vrijheid als verhuller”

Vrijheid is een term geworden die de aandacht bepaalt bij burgerlijke ontevredenheid en onderbuikgevoelens. Daarom is het van groot belang om er doorheen te prikken. Waartoe zijn wij eigenlijk bedoeld?

Dan heb je de eerste vraag impliciet al beantwoord: “zijn wij überhaupt ergens voor bedoeld?”.

En ja, daar botst het theologische verhaal (god heeft de mens met een bedoeling geschapen) met het meer wetenschappelijke verhaal (mensen zijn een soort tussenproduct in een lange, lange evolutionaire keten, zonder bedoeling dus).

Dan kun je van daaruit ook de andere kijk op vrijheid verklaren. Is vrijheid de mogelijkheid om te voldoen aan “de bedoeling”, en moeten politici ons dus grote verhalen vertellen over die bedoeling? Of is er geen objectieve bedoeling, en moet de overheid mensen de vrijheid geven om een eigen bedoeling aan hun leven te geven. Een eigen bedoeling die dus ook lang niet voor ieder persoon hetzelfde zal zijn, waardoor de overheid dus geen algemeen geldende grote verhalen hoeft te vertellen.

“met het meer wetenschappelijke verhaal (mensen zijn een soort tussenproduct in een lange, lange evolutionaire keten, zonder bedoeling dus).”
Dat is geen wetenschappelijk verhaal, maar een ideologisch, ja metafysisch standpunt. W.m.b. even verwerpelijk als creationisme of ID.

Waarom is dat ideologisch en niet wetenschappelijk? Het verhaal van evolutie door natuurlijke selectie kan de wetenschappelijke toets prima doorstaan. Of heb jij daar beter inzicht in dan biologen?
En daaruit volgt vanzelf dat mensen een tussenstation zijn en geen eindpunt of sluitstuk. Net zoals de dinosuarussen geen eindpunt of sluitstuk van de evolutie waren…

Maar ik leer graag nieuwe dingen bij…

Bedankt voor je reactie, Bram. Politici hoeven van mij echt niet allemaal gelovigen te zijn. Dat zou een belachelijke eis zijn. Maar ideologie speelt in het politieke spectrum wel een grote rol. Het socialisme bij de linkse partijen, het liberalisme en conservatisme bij de rechtse partijen, de christelijke traditie bij de christelijke partijen. En zo zijn er wel meer ideologische tradities in de politiek. Naar mijn idee terecht, want als je alleen maar pragmatisch bent, word je geregeerd door de waan van de dag.

Ideologie wordt in de politiek niet alleen steeds meer gereduceerd tot oneliners, maar erger: het wordt steeds vaker ondergeschikt gemaakt aan de waan van de dag. De peilingen dicteren of iets goed is of niet. Dat vind ik dwaasheid, en daarom bekritiseer ik de politiek op dit punt. Politici moeten zich realiseren dat ze niet zomaar alles kunnen roepen, maar dat ze zich moeten kunnen verantwoorden. Politiek heeft alles te maken met hoe je denkt over goed en kwaad, over de zin van het leven, en over vrijheid. Wat vrijheid voor de PVV is, vind ik eerder onderdrukking. Maar je ziet nooit een PVV’er die zijn standpunt daarover uitlegt.

Vrijheid is niet een term die je zomaar kunt gebruiken. Het is een term met inhoud. Helaas zie je maar zelden een politicus op tv die dat op een goede manier kan uitleggen. Dat je pragmatische keuzes moet maken, wil niet zeggen dat het verstandig is om je volledig te laten onderwerpen aan de beeldvorming. Dan heb ik toch liever dat je kiest voor een groot verhaal, en eerlijk kunt uitleggen waarom je iets doet.

“Of heb jij daar beter inzicht in dan biologen?”

Een goede bioloog zal altijd zeggen dat het niet tot z’n vakgebied hoort om de vraag of iets een bedoeling heeft bevestigend óf ontkennend te beantwoorden.

“En daaruit volgt vanzelf dat mensen een tussenstation zijn en geen eindpunt of sluitstuk. ”

Ook dit is nauwelijks (natuur-)wetenschappelijk te noemen. Je kunt wat werkcriteria aanleggen om verwantschap op biologisch niveau vast te stellen, maar de vraag wát een mens is, is een filosofische, of liever nog; theologische. De evolutionaire ontwikkelingen staan niet stil uiteraard, maar hebben niet direct iets met ons mens-zjn te maken.

@Anthony
Ik heb het niet voor niks opgeknipt in twee delen: ten eerste de vraag of jij het beter weet dan biologen, ten tweede of je uit de evolutietheorie een andere conclusie denkt te kunnen trekken.

De opmerking dat biologen niets zeggen over bedoelingen doet dus niet ter zake.

maar de vraag wát een mens is, is een filosofische, of liever nog; theologische. De evolutionaire ontwikkelingen staan niet stil uiteraard, maar hebben niet direct iets met ons mens-zjn te maken.

De vraag wat een mens is kun je inderdaad ook theologisch danwel filosofisch benaderen. Maar dat maakt niet dat er biologisch niks over te zeggen valt. Een mens is toch nog altijd een zoogdier, een primaat dat op twee benen loopt. De afbakening van een soort is een biologisch probleem en er valt vanuit die invalshoek dus ook zeker wel het een en ander over te zeggen. Dus dat de evolutie niet stil staat heeft zeker ook invloed op ons menszijn. Of wil jij menszijn loszien van ons lichaam, inclusief onze hersenen, die door evolutionaire processen zullen gaan veranderen?

@DsMartijn
Tja, het gebruik van het woord vrijheid door de PVV… wat dat betreft kan ik het alleen maar met je eens zijn. Peilingen en waan van de dag brengen onze politiek ook niet heel erg veel goeds. Maar waar ik het niet met je eens ben is dat pragmatisme daaraan gelijk te schakelen is.

Het is meer een andere manier van tegen problemen aankijken, niet vanuit je ideologie focussen op waar je eigenlijk naar toe zou willen, maar kijken vanuit het heden naar wat je zou kunnen en willen veranderen. Dat leidt uiteindelijk tot een politiek die niet ten onder gaat aan ideologische tegenstellingen (bijvoorbeeld: links is het per definitie nooit eens met rechts en vice versa) maar naar een samenwerken om ons land te verbeteren. Het zoeken van verbindingen om met iedereen samen iets voor elkaar te krijgen en niet alleen voor die achterban die toevallig jouw ideologie deelt.

Dus ja, voor mij heeft de term pragmatisme misschien een wat andere inhoud dan voor jou 😉

“Ik heb het niet voor niks opgeknipt in twee delen: ten eerste de vraag of jij het beter weet dan biologen”

Ik betoog juist dat ik dichter bij de wetenschappelijke consensus sta dan jij.

“De opmerking dat biologen niets zeggen over bedoelingen doet dus niet ter zake.”

Juist wél, dat was nu juist mijn punt en je kan ook terug lezen dat het me daarom ging ook teruglezen. Teleologie op onderdelen (h)erkennen is al moeilijk genoeg (zie: http://www.talkorigins.org/faqs/evolphil/teleology.html ) maar teleologie vaststellen óf ontkennen behoort niet tot het vakgebied van de biologie. Ik kan me goedvoorstellen dat sommige natuurwetenschappers ‘evolutie kent geen vast te stellen doel met de middelen die ons vakgebied kent’ vertalen met ‘evolutie heeft geen doel’, maar dat is in wezen taalvervuiling.

“Maar dat maakt niet dat er biologisch niks over te zeggen valt.”

Natuurwetenschap levert data aan, maar de betekenis van die data overstijgt al snel die vakgebieden.

“De afbakening van een soort is een biologisch probleem en er valt vanuit die invalshoek dus ook zeker wel het een en ander over te zeggen. ”

Nee, als je het hebt over afbakening van een soort, dan is dat een filosofisch/theologische kwestie. Om het wat concreter te maken, kijk eens naar de statistieken daar waar het gaat om voortplanting, stel dat we zo rond het jaar 2200 een mensen’ras’ zich dusdanig heeft ontwikkeld dat zij en andere mensen geen nakomelingen meer kunnen voortbrengen. Zijn het daarom geen mensen meer?

@Anthony
Goed dat we het er dus blijkbaar over eens zijn dat de evolutietheorie zoals daar nu een algemene consensus over bestaat als gezamenlijk vertrekpunt hebben. Dat maakt het al weer een stuk makkelijker.

De vraag hoe we de resultaten daarvan moeten interpreteren overstijgt inderdaad de pure wetenschap van de biologie, ook daarover zijn we het eens. Maar ik denk dat de biologische feiten wel maken dat sommige antwoorden waarschijnlijker zijn dan anderen.

Ik denk dat de stelling dat evolutie geen doel heeft daarom heel verdedigbaar is. We weten wat de drivers zijn van het proces, natuurlijke selectie. En dat is een proces dat naar verschillende uitkomsten kan leiden, bovendien een proces dat werkt zonder dat er een toekomstig doel in hoeft te worden gestopt. Anders dan een gebruiksaanwijzing bij een IKEA-meubel waar er een duidelijk einddoel is waar naar toe gewerkt gaat worden dus. Ik geloof ook niet dat dit heel controversieel is.

Nee, als je het hebt over afbakening van een soort, dan is dat een filosofisch/theologische kwestie.

Sorry, maar de vragen waar de ene soort begint en de andere ophoudt ligt zeker wel binnen het terrein van de biologie. Juist vanwege dat probleem kwamen ze met definities van wat een soort precies is, zoals: een soort is die verzameling dieren die samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.

En dan nog blijkt een dergelijke definitie niet tot eenduidige resultaten te leiden en dus dat biologen er lekker over door kunnen steggelen.

Natuurlijk kun je hier ook filosofisch danwel theologisch iets over zeggen, maar dat betekent niet dat dit de enige mogelijke of enige rechtmatige invalshoek is.

Als er nog een keer een meteoriet op aarde knalt en alle zoogdieren leggen het loodje, dan zijn er ook geen mensen meer. Punt. Dit is een mogelijk scenario dat niet strookt met het idee dat de mens een doel heeft op deze aarde.

“Maar ik denk dat de biologische feiten wel maken dat sommige antwoorden waarschijnlijker zijn dan anderen.”

Dat vind ik ook, maar op het moment dat wij deze betekenis geven binnen onze resp. levenbeschouwingen, dan blijken die antwoorden waarschijnlijk toch te verschillen.

“En dat is een proces dat naar verschillende uitkomsten kan leiden”

Wat Gerard ’t Hoofd stelt over multiversa is ook hier van op toepassing, speculaties hierover kunnen hun nut hebben, maar behoren niet strikt tot het natuurwetenschappelijk terrein (hij zei het trouwens wat bouder dan ik). Ook in de geschiedkunde is de ‘wat als’-vraag een weliswaar lekker, maar toch verbonden vrucht.

“bovendien een proces dat werkt zonder dat er een toekomstig doel in hoeft te worden gestopt”

Zoals ongeveer met álle wetenschap die gebaseerd is op empirie, draait het om werkbaarheid, niet waarheid, het hóe en niet het waarom. Als er een doel is, valt dat onmogelijk vast te stellen, dat is ook mijn bezwaar tegen de GuT, dat zou alleen maar een enorme berg data opleveren waar de taal een bottleneck is en waar onmogelijk nog betekenis aan gegeven kan worden.

“Ik geloof ook niet dat dit heel controversieel is.”

Wat controversieel is, is het schijnbaar subtiele maar oh zo belangrijke verschil tussen ‘er is geen doel vast te stellen’ en ‘er is geen doel’.

“En dan nog blijkt een dergelijke definitie niet tot eenduidige resultaten te leiden en dus dat biologen er lekker over door kunnen steggelen. ”

Daarmee spreek je jezelf dus tegen. Ik heb je al een voorbeeldje gegeven, je kunt ook nog denken aan mensen die onvruchtbaar zijn (en dús geen mens zijn) maar wat ook een goed voorbeeld is van dat het in praktijk helemaal niet zo werkt, is het vraagstuk van abortus. De biologische data is éénduidig. Vanaf het moment van bevruchting zijn alle basiskenmerken van een levend organisme aanwezig. Toch vind het besluitvormingsproces óf we het hier over een mens hebben, zich op filosofisch/theologisch niveau af. De insteek van Peter Singer, om in alles behalve naam het mens-zijn te verruimen naar bepaalde dieren kan in dit verband ook genoemd worden.

“Dit is een mogelijk scenario dat niet strookt met het idee dat de mens een doel heeft op deze aarde.”

Ik zie niet hoe je dit punt wil bewijzen met een scenario dat vrij dicht tegen die Left Behind-rage aanleunt dat in sommige perifere kringen van het Christendom vrij populair schijnt te zijn. 😛 Allereerst valt niet, analoog aan het voorgaande, binnen het natuurwetenschappelijk terrein, wat de betekenis is van zo’n inslag. Jij zou kunnen stellen dat het toeval is, één van de vele ‘god of the gaps’-verklaringen. Binnen mijn paradigma zou dit een prima voorbeeld zijn van ‘immanente gerechtigheid’ (grofweg: oorzaak->gevolg). We weten dat dit gevaar bestaat, we hebben weldegelijk de technische middelen om het te voorkomen, maar we hadden het te druk met andere dingen om hier iets tegen te doen. Jammer. Maar dan kan de trancedente gerechtigheid de immanente overstijgen, wezenskenmerk van de mens is immers de ziel die voor eeuwig bestaat. Ruimte voor een ‘happy ending’ dus.

@Anthony
Ondanks dat jouw reactie anders doet vermoeden heb ik het idee dat we het eigenlijk aardig eens zijn 😉

Mijn punt is dat 99% van de diersoorten die ooit op aarde hebben rondgelopen inmiddels zijn uitgestorven en dat de mens waarschijnlijk ditzelfde lot staat te wachten. Gezien jouw opmerking dat evolutie niet stilstaat, en dat je het eens was met de stelling dat biologische feiten invloed hebben op de waarschijnlijkheid van de antwoorden op de diverse “grotere vragen” denk ik dat je hier dus ook aardig in mee kan komen.

Jouw punt van kritiek komt namelijk vooral neer op dat de mens als biologische soort dan wellicht zal ophouden met bestaan, maar dat dat nog niet het einde van mens-zijn hoeft te zijn. Zie bijvoorbeeld deze opmerking van jou:

De insteek van Peter Singer, om in alles behalve naam het mens-zijn te verruimen naar bepaalde dieren kan in dit verband ook genoemd worden.

Hierbij wordt mens-zijn losgetrokken van de biologische grenzen tussen soorten. Maar die grenzen worden wel verondersteld als het gaat over “bepaalde dieren”.

Ik kan daar op zich in meegaan, maar vraag me wel af of het daadwerkelijk van belang is. Blijft staan dat biologie invloed heeft op de filosofische / theologische vraag. Dus de voorgaande evolutie is en blijft van invloed op de vraag of de mens een eindproduct is van een evolutionair proces of dat wij ook weer voorbij zullen gaan.

Er zijn wel twee dingen waar ik wat meer moeite mee heb.
1. Je trekt je mijns inziens wel erg makkelijk terug binnen de muren van je paradigma. Natuurlijk heb je gelijk dat een paradigma invloed heeft op hoe je bepaalde gegevens interpreteert. Maar een paradigma is ook weer niet veilige grond die onkwetsbaar is tegen elke vorm van argumentatie. Ook een paradigma stoelt uiteindelijk zelf weer op argumenten, of een bepaalde samenhang van zaken. Daar kun je op zichzelf dus ook over steggelen, een paradigma kan net als Jericho in een keer instorten…

2.

wezenskenmerk van de mens is immers de ziel die voor eeuwig bestaat.

En dan verwijt jij mij dat ik te grote uitspraken doe en conclusies trek die op interpretatie berusten. Dit lijkt mij een veel controversiëler uitspraak dan dat evolutie een doelloos proces is, en terecht. Als ruim een eeuw aan psychologie en hersenwetenschap ons iets heeft geleerd, is het dat de rol van een eventuele ziel in ieder geval veel kleiner is dan we ooit dachten onder invloed van de Griekse filosofie.

“denk ik dat je hier dus ook aardig in mee kan komen.”

Behalve dan dat de mens in staat is gebleken om zijn lot te beinvloeden, vanuit welk betekenisgevend kader je dit ook bekijkt. Tot hoever dit reikt, kunnen we nog niet overzien, maar dat de mens, of van mijn part nauwer omschreven, de homo sapiëns, ooit zal uitsterven, is bepaald nog geen uitgemaakte zaak. Ik ben weliswaar ingegaan op wat mogelijke scenario’s die daar wél van uitgingen, maar ik kan er eigenlijk nog wel meer bedenken die dat niet doen.De toekomst ligt in dat verband nog helemaal open.

“Maar die grenzen worden wel verondersteld als het gaat over “bepaalde dieren”

Singer doet dat i.i.g. juist niet. Ik ben het niet met zijn criteria eens, maar hij kijkt juist over bepaalde grenzen heen. In het dagelijks spraakgebruik geldt dat bijvoorbeeld ook voor al dan niet uitgestorven marsupialen die aangeduidt worden de naam van enigzins gelijkende zoogdieren. Je kunt ook denken aan de discussie over of Neanderthalers een aparte soort waren of een ondersoort van de homo sapiens. Ik kan je nu al voorspellen dat áls er een definitief antwoord zou komen, dit geen beslissende invloed zal hebben of we ze als mensen danwel dieren beschouwen.

“Blijft staan dat biologie invloed heeft op de filosofische / theologische vraag.”

Dat heeft het, net als andere wetenschappen, maar deze afgeleide wetenschappen hebben nooit het primaat omdat ze per definitie reductionistisch zijn en dus geen antwoord kunnen leveren dat geen nadere betekenisgeving behoeft.

“Natuurlijk heb je gelijk dat een paradigma invloed heeft op hoe je bepaalde gegevens interpreteert. Maar een paradigma is ook weer niet veilige grond die onkwetsbaar is tegen elke vorm van argumentatie.”

Dat ligt eraan. Puur formeel gezien zijn de meeste Oosterse religies tamelijk immuum hiervoor, zoals ook de meeste vormen van deisme of fideisme. Ze zijn geheel trancedent, dus niet te falsificieren. Het katholieke paradigma gaat er o.m. van uit dat het boek der Natuur (de natuurwetten, de Natuurwet, twee te onderscheiden zaken) nooit met de Openbaring in strijd kan zijn. Als eerder gezegd, mocht men Maria of Jezus ergens opgraven, dan is bewezen dat het paradigma niet klopt, want met zichzelf in strijd.

“En dan verwijt jij mij dat ik te grote uitspraken doe en conclusies trek die op interpretatie berusten”

Nee, mijn punt was dat je stelde dat de biologie jouw levensbeschouwelijke claim ondersteunde en dat is niet zo. Het doet er geen uitspraken over. Dit staat op zichzelf nog los van of die claim op zichzelf genomen waar of niet waar is.

“Dit lijkt mij een veel controversiëler uitspraak dan dat evolutie een doelloos proces is, en terecht. ”

Controversiëel volgens welke standaarden? De ziel is een metafysisch begrip en het overgrote deel van de wereldbevolking gelooft dat ze danwel eeuwig is, danwel in ieder geval de biologische dood overstijgt. Natuurlijk maakt dat het nog niet waar of onwaar, maar controversiëel is het niet, nu ja, behalve dan ‘in the eye of the beholder’. 😛